INRI
“Christus, koning van het heelal” betekent het einde van het B-jaar: we besluiten niet met het Marcus-evangelie, maar we lezen de bekende passage van Jezus voor Pilatus in het Johannes-evangelie. De eerste vraag van Pilatus aan het adres van Jezus is identiek in de 4 evangeliën: “Zijt Gij de koning der Joden?”. Pilatus stelt deze vraag om het volgende te weten: is deze Joodse man een potentiële, rebelse, alternatieve koning of is het een Messiaanse koning? Uiteindelijk ziet Pilatus geen rivaal in Jezus (zie v. 38); Pilatus vindt Jezus onschuldig en is geneigd “de koning der Joden” vrij te laten. Jezus was inderdaad niet geïnteresseerd in de wereldlijke macht die “de duivel” Hem wou geven (Mt 4, 9). Jezus wou niet tot koning uitgeroepen wordt (Joh 6, 15). Jezus waarschuwt alle heersers voor machtsmisbruik en pleit voor nederig dienstbetoon (Mc 10, 41-45). Jezus wou nooit in opstand komen tegen het Romeinse Rijk. Integendeel, Jezus wou een soort scheiding van Kerk & Staat “avant la lettre”: “Geeft dan aan de keizer wat de keizer toekomt en aan God wat God toekomt.”
Pilatus wist alleen wat de Joodse leiders hem wijsgemaakt hadden, namelijk dat Jezus een misdadiger was.
Jezus is dus een Messiaanse koning in de Joodse traditie. Dat interesseert Pilatus totaal niet. In het gesprek met Jezus haalt Pilatus zelfs uit: “Ben ik soms een Jood?” (v. 35). Het is mogelijk dat Jezus aan Pilatus een allerlaatste kans geeft om zich te bekeren tot het ware geloof; Pilatus’ bekende repliek “Wat is waarheid?” brengt hierover geen duidelijkheid. De waarheid volgens Jezus was: God heeft Hem gestuurd als Messias /Redder en zou daarna de Heilige Geest sturen. Jezus wou vooral alle mensen in harmonie laten samenleven en was daarbij bijzonder vreedzaam. Pilatus wil Hem onschuldig verklaren en vrijlaten, maar beweren dat Pilatus zich wou bekeren tot het christendom lijkt een brug te ver, zeker omdat het christendom nog niet echt bestond en eerder een soort aftakking van het Jodendom was.
Herodes, de hogepriesters, de schriftgeleerden, de Joodse leiders,… hadden wel kennis over de Messiaanse “koning der Joden” (zie Mt 2, 2). Herodes zag dan ook in Jezus een rivaal. Jezus werd inderdaad geboren in Betlehem, reed Jeruzalem binnen op een ezel en zou uiteindelijk alle Messiaanse voorspellingen in vervulling brengen.
Wat betekent deze tekst voor ons in 2021? De Kerk mag nooit verworden “tot één van de koninkrijken van deze wereld” (Missaal pag. 1274). Wijzelf mogen nooit egocentrisch worden: “wanneer ik niet zelf het middelpunt ben, maar met heel mijn wezen leef vanuit een middelpunt buiten of boven mijzelf, de Vader in de hemel” (J. Bots SJ, pag. 457).
Tenslotte moeten wij doordrongen zijn van het besef dat Jezus Christus koning van het heelal is en dat Hij zal terugkomen als een Koning op aarde om recht te spreken.
Bernard