Ware Rijkdom

Ware rijkdom

Het verband tussen de eerste lezing en de evangelielezing ligt in het gemeenschappelijke thema van het zoeken naar ware wijsheid en rijkdom.

In Wijsheid 7, 7-11 bidt Salomo om wijsheid en ontvangt hij deze als een geschenk van God. Hij beschrijft wijsheid als kostbaarder dan rijkdom, zilver en goud. Dit benadrukt dat ware wijsheid en inzicht van God komen en niet door materiële rijkdom kunnen worden vervangen.

In Marcus 10, 17-30 komt een rijke jongeman naar Jezus en vraagt wat hij moet doen om het eeuwige leven te verkrijgen. Jezus antwoordt dat hij de geboden moet naleven, maar voegt eraan toe dat hij al zijn bezittingen moet verkopen en de opbrengst aan de armen moet geven om een schat in de hemel te hebben. De jongeman gaat bedroefd weg omdat hij veel bezittingen heeft. Jezus gebruikt dit moment om te onderwijzen dat het moeilijk is voor een rijke om het Koninkrijk van God binnen te gaan, en benadrukt dat ware rijkdom niet in materiële bezittingen ligt, maar in het volgen van God.

Beide passages benadrukken dat ware wijsheid en rijkdom niet in materiële zaken liggen, maar in een leven dat gericht is op God en zijn geboden.

Er zijn verschillende andere bijbelverzen die het thema van wijsheid en rijkdom behandelen. Eerst en vooral Salomo zelf die vraagt om wijsheid aan God (1 K 3, 5-12). In deze passage verschijnt God aan Salomo in een droom en biedt hem aan om te vragen wat hij maar wil. Salomo vraagt om een wijs hart om het volk goed te kunnen regeren en onderscheid te kunnen maken tussen goed en kwaad. God is tevreden met dit verzoek en geeft Salomo niet alleen wijsheid, maar ook rijkdom en eer. Hetzelfde inzicht komt terug in het Boek Spreuken:  “Je kan beter wijsheid hebben dan goud. Je kan beter verstand bezitten dan zilver.” (Spr 16, 16). Dit vers benadrukt dat wijsheid en inzicht waardevoller zijn dan materiële rijkdom.

Jakobus moedigt aan om God om wijsheid te vragen, omdat Hij deze vrijgevig schenkt (Jak 1, 5). Paulus, in 1 Tim 6, 17, waarschuwt tegen het vertrouwen op materiële rijkdom en moedigt aan om op God te vertrouwen.

Deze verzen benadrukken allemaal dat ware wijsheid en rijkdom niet in materiële zaken liggen, maar in een leven dat gericht is op God en zijn geboden.

(B.N.)