Verantwoordelijkheid
De “gelijkenis van de talenten” gaat over wat men vroeger graag rentmeesterschap noemde en wat men nu verantwoordelijkheid noemt. Deze gelijkenis benadrukt het belang van het verstandig en trouw gebruikmaken van de gaven en middelen die aan ons zijn toevertrouwd. De dienstknechten die hun talenten vermenigvuldigden, werden geprezen en beloond, terwijl degene die zijn talent begroef en niet productief was, werd berispt. In een bredere zin spoort deze gelijkenis ons aan om onze gaven en mogelijkheden te gebruiken om anderen en Gods koninkrijk te dienen. Het benadrukt ook de verantwoordelijkheid die we hebben om onze talenten te ontwikkelen en niet bang te zijn om ze te benutten.
De auteur van 1 Pe 4, 10 heeft het ook over het gebruik van de gaven en genadegaven die God aan gelovigen heeft gegeven om elkaar te dienen en getuigenis af te leggen van het geloof: “Dient elkaar, als goede beheerders van Gods veelsoortige genade, met de gaven, zoals ieder die heeft ontvangen”.
De heilige Hiëronymus heeft deze gelijkenis eenvoudig uitgelegd: “De huisvader is ongetwijfeld Christus” die de verkondiging en vooral de verspreiding van het evangelie toevertrouwt aan zijn apostelen. We weten allemaal dat de ene apostel al wat actiever was dan de andere, maar de meeste apostelen hebben hun leven gegeven voor het evangelie. Tenslotte is er die ene dienaar: “in de greep van aardse werken en werelds plezier” (Hiëronymus, 347-419) heeft deze dienaar niets gedaan om het evangelie te verspreiden. Deze dienaar lijkt in de hel geworpen te worden…
In de hedendaagse tijd hebben wij meer middelen dan ooit om het evangelie over heel de wereld te verspreiden, bijvoorbeeld op social media. De vraag is of wij deze middelen aanwenden om het evangelie te verspreiden… Het lijkt mij onze verantwoordelijkheid, ja zelfs onze plicht om dat te doen.
(B.N.)